In 2030 gebeurt het. Dan verhuizen we definitief naar mijn geliefde Frankrijk. Het is een droom die ik al een dikke tien jaar koester. Op dat moment zijn de kinderen uitgevlogen en is het huis afbetaald. Een ruim huis met twee of drie gites, ergens in de Lot-et-Garonne of in de Bourgogne, daar tekenen we voor.
Op zich zou de regio waar we nu verblijven ook prima kunnen, ware het niet dat de temperaturen hier de komende decennia in de zomer totaal gaan ontsporen.
Nog 9 jaar om te bepalen hoe we het precies willen. Nog 9 jaar om alle ervaringen te absorberen en de beste uiteindelijk in de praktijk om te zetten. De gites moeten datgene worden van wat ik ultiem van een Frans vakantieadres verwacht. De ervaringen van de voorbije jaren zijn een houvast, een kompas van hoe het hoort en ook van hoe het vooral niet moet.
Maison Sadina nadert in elk geval de perfectie en is een absolute aanrader als je een keer in de regio wilt verblijven. De prijs ligt iets hoger, maar je krijgt er dan ook veel voor terug. Een eindeloos zicht op de omgeving, heerlijk cruisend tussen de verzorgde wijngaarden, pretoogjes als je Séguret nadert en de Mont Ventoux gelukzalig ziet baden in de avondgloed, mooi ingerichte kamers met airco, een eigen koelkast en razendsnel internet.
En ook het ontbijt is heel verzorgd, al is de typering ‘copieus’ nog net iets correcter. Geen buffet met halfwakke muesli, veel te hard brood en de keuze uit confituur, confituur of confituur als beleg. Nee, Hervé brengt ons een plank met 4 soorten kazen, netjes voorgesneden, 2 soorten charcuterie, zelfgemaakte confituur, eitjes, 4 soorten brood en toast en ook nog een crumble met room en aardbei.
Het ontbijt van de West-Vlaamse buren op het terras ziet er veel soberder uit. Niet dat Hervé een onderscheid maakt tussen zijn bezoekers. Alles is terug te brengen tot de overzichtelijke website van Maison Sadina waar je als gast je voorkeuren kunt doorgeven voor het ontbijt. U vraagt, Hervé draait. De West-Vlamingen aan het tafeltje naast ons zien er minder zomers en vooral veel sportiever uit dan wij. Ze hebben fietsen mee om de omgeving te doorploegen. Als ze ons ontbijt hadden besteld, waren ze met moeite de straat uitgeraakt.
Ook al zijn we levensgenieters, we besluiten om de komende dagen iets minder vakjes aan te vinken op onze ontbijt-wishlist. Dit houden ook wij onmogelijk vol.
Vandaag staan er 3 wijndomeinen op het programma, al zullen we er uiteindelijk 4 aftikken en met een volle koffer dag 1 afsluiten.
Domaine Le Clos des Lumières in Fournés ligt ietwat uit de richting, maar is een vaste stopplaats als we in de regio zijn. Prijs-kwaliteit leveren ze het beste dat er te kopen valt, te meer omdat je hier nog wijnen vindt aan 3,9 euro die door kenners minstens 3 keer zo duur worden ingeschat. Het is nog zo’n lekker ouderwets domein waar je wijn per liter kunt kopen. Niet dat de buren er met jerrycans langs komen, zoals ik dat eerder ooit meemaakte in deze regio. Ondertussen halen ze er gewoon hun bibes (bag-in-boxes) van 5 of 10 liter.

Voor de sfeer tijdens het proeven, moeten we zelf zorgen. Het is ondertussen twee jaar geleden dat we hier nog waren en nog steeds heeft de wijnvertelster die ons door het gamma loodst amper iets te vertellen. Het mondmasker lijkt voor haar wel een zegen, zo kan ze fijntjes in haar stille comfortzone blijven. Ook wanneer we vlijtig wijntjes aankruisen, zien we geen enkel teken van leven in haar ogen. Ze doet het volgens mij echt niet graag. Ik zou knettergek worden mocht ik dag in dag uit tegen mijn zin hetzelfde moeten doen.
Omdat we een aantal bibes van 5 liter bunkeren in plaats van alleen in te zetten op kartons, houden we de ingenomen ruimte in de koffer beperkt.
We zetten koers naar Tavel. De kleine dorpjes onderweg ogen verlaten. Geen toeristen en ook de bewoners blijven binnen. Alsof de lockdown hier nog steeds geldt en wij als enigen hiervan niet op de hoogte zijn.
De coronacrisis heeft stevig ingehakt op deze regio die het vooral van het toerisme moet hebben. Wijnboeren die via vaste verdelers werken of exporteren, konden de broek ophouden, andere zagen zwarte sneeuw.
Domaine de la Mordorée in Tavel is de crisis al bij al nog redelijk doorgekomen, dankzij hun export naar Japan en de Verenigde Staten. Goed voor zo’n 60% van hun omzet. Het is de eerste keer dat we het domein bezoeken. De la Mordorée is geen kleine speler, toch niet als je de totale wijngaard bekijkt. Ze hebben liefst 60 hectares wijngaarden, verspreid over 40 percelen en 8 gemeenten. Toch viel ook hier het aantal bezoekers aan de cave terug tot bijna niets.

De wijnverteller die ons wegwijs maakt door het gamma van Lirac, Tavel en Châteauneuf-du-Pape is een gepassioneerde spraakwaterval die leeft voor z’n vak. Hij geeft ons twee grote kelken als degustatieglas, dat begint al zeer goed: goede wijn hoort in een goed glas. De wijnen zijn perfect gekoeld en het valt op dat ook de rode wijn iets koeler is dan we doorgaans gewend zijn.
Wijnvertellers hebben de gewoonte om alle druiven te noemen die in een wijn verwerkt en dat zijn er soms wel een aantal. Wat dacht je van de Châteauneuf-du-Pape Cuvée Reine Du Bois die bestaat uit 75% Grenache, 10% Mourvèdre, 10% Syrah, 3% Counoise en 2% Vaccarese. Van die twee laatste had ik zelfs nog nooit gehoord en puur op basis van de druiven en de verhoudingen, kan ik me geen beeld vormen zonder te proeven. Wanneer je na een tijdje bepaalde druiven leert herkennen bij het proeven verruimt dat letterlijk je smaakpalet.
Daarom gaan Belinda en ik binnenkort proberen level 2 te behalen van WSET, een internationaal wijnbrevet. De focus in level 2 ligt niet alleen in het leren herkennen van de belangrijkste druivenrassen, maar ook hoe het wijnmaken en de rijping de stijl en kwaliteit van een wijn beïnvloeden. Hopelijk kunnen we dan in de toekomst meer dan een beleefdheidsknikje teruggeven aan de wijnverteller en met hem hierover in gesprek gaan.
We bestellen een aantal dozen en krijgen van de man nog enkele bedankjes mee voor thuis: een fles natuurwijn, afdekstopjes en een kwalitatieve kurkentrekker van het domein.
Na een korte lunch in Le Physalis in Tavel rijden we verder naar Domaine Maby.
Het domein was voor ons twee jaar geleden een ware ontdekking. Deze keer worden we ontvangen door een jongedame van rond de 20, ze blijkt de kleindochter te zijn van de wijnboer: de wijnboerenkleindochter, dus. Scrabble-gewijs alvast een hoofdvogel.
Toch denken we met enige heimwee terug aan onze eerste keer op dit domein toen we wel nog de nodige duiding kregen bij de wijnen. Twee jaar geleden konden we de wijn ietwat geïndoctrineerd proeven en hem hierdoor onbewust hoger inschalen.
‘Ha, maar dat is dan toch goed’, hoor ik je denken, lieve lezer, ‘dan proef je de wijn ten volle en kun je je eigen mening vormen’.
Volledig correct, maar dan moet de wijnboerenkleindochter wel proefporties schenken en zich niet in een lab wanen. Alsof ze het bloed van Christus net had opgevangen in een schaaltje en druppeltjesgewijs het rode goud in verschillende proefbuisjes pipetteerde.
Wijnproeven met minder dan één teug in je glas, dat lukt niet. De royale drinkporties die overenthousiaste wijnboeren in je glas pompen, hoeven ook niet (tenzij de wijn erg lekker is, evidemment), maar denken dat we een wijn naar waarde kunnen schatten aan de hand van enkele druppels is een schromelijke overschatting van onze vinologische talenten.

We zijn dan ook relatief snel klaar en kopen vooral naar onze eerdere ervaring dan op basis van de degustatie zelf. De wijnboerenkleindochter was echter wel goed opgeleid in het offreren van een cadeautje aan de betere inkopers. We krijgen een heerlijke magnum rosé mee naar huis. Een lapje voor het bloeden.
Omdat we veel vroeger dan verwacht de parking afrijden en onze volgende proeverij pas over twee uur is vastgelegd, proberen we Amandine van wijndomein Amido te bereiken in een poging om onze afspraak te vervroegen. We botsen op haar voicemail.
Als vorm van bezigheidstherapie tot we aan de laatste proeverij kunnen starten, rijden we richting de abdij Saint-André in Villeneuve-lès-Avignon, een abdij die een wondermooie tuin schijnt te hebben met zicht op Avignon.
We zijn echter nog maar goed en wel vertrokken of een binnenkomende call van een Frans nummer laat de intro van The A-Team schallen door de luidsprekers van de auto, de ringtone die ik sinds mijn allereerste Nokia 3310 op mijn gsm heb staan. Het is Amandine.
Uiteraard is het geen probleem om vroeger te komen. Ik spring in de auto en ben daar binnen minder dan 10 minuten.
We laten de tuin voor een volgende keer en arriveren quasi gelijktijdig aan het domein als Amandine. Zeer attent dat ze alles laat vallen om ons te laten proeven. Maar het geeft ook aan hoe rustig het momenteel in deze regio is. Blijkbaar zitten alle Fransen momenteel ofwel in de bergen of aan de kust. Elke verkoop is dus meegenomen.
Domaine Amido is voor ons een nieuw adres, eentje waar we zeker terugkomen. De wijnen zijn van een hoge kwaliteit en de prijzen zijn opvallend laag. De wijnen starten vanaf 6,5 euro en hun goedkoopste Tavel kost slechts 9 euro. Hun eerste Tavel ‘Les Amandines’ kost 2 euro meer en werd door Amandines grootvader naar haar vernoemd.
We eten vanavond in Le tourne au verre in Cairanne, een restaurantje dat door Hervé werd aanbevolen. Twee immense platanen zorgen voor de nodige verfrissing op deze hete zomeravond. De cigales in de platanen hebben het bij deze tropische temperaturen prima naar hun zin en brengen voor de tweede dag op rij een onwaarschijnlijk geluid voort.
We laten het niet aan ons hart komen. Wat wil je als ze een wijnkaart van liefst 30 pagina’s op tafel leggen met prijzen die niet overdreven veel hoger zijn dan op het domein zelf. In elk geval geen factor 3 of 4 zoals dat bij ons gebruikelijk is.

De lauwe inktvissalade past perfect bij de witte Ventoux. Daarna gaat Belinda voor een parmentier de canard confit en ik voor een souris d’agneau met aardappelen dauphinois. Bijzonder lekker allemaal.
Plots vallen de cigales in de platanen stil alsof de dirigent van het insectengezelschap zijn bronstige soortgenoten met één uithaal het zwijgen oplegt. Het zal wel op toeval berusten dat net op dat moment Axl Daeseleire het terras op wandelt met een jongedame die maar weinig van de kwaliteiten onbedekt laat die ze gekregen heeft van de dokter. Iets wat het internationale tafelgezelschap niet onberoerd laat. De mannelijke aanwezigen beginnen ook zoemgeluidjes te maken en de vrouwen spreken schande over haar doorkijkkleedje dat niets aan de verbeelding over laat.
Zo ga je toch niet op restaurant?
Terwijl er aan verschillende tafels kleine conflictjes ontstaan, klinken we op een eerste geslaagde wijnproefdag.
Santé!
Geef een reactie