Dat de gastvrouw van onze B&B niet bijklust bij de toeristische dienst van Madiran bleek al op de eerste avond toen we haar vroegen naar een leuke eetplek in de buurt en ze het antwoord op deze eenvoudige vraag schuldig moest blijven.
Aan de ontbijttafel doen we een tweede poging.
Is hier in de buurt iets leuks te doen of te bezichtigen?
Opnieuw zucht ze alsof we haar vragen een openhartoperatie uit te voeren op de schildpad die in de binnentuin rondloopt.
Het enige waar ze mee komt, is een wandeling rond een nabij gelegen meer.
Ok, dan maar.

Ze geeft ons een wegbeschrijving. Het dorp uit, dan naar rechts, de baan volgen en dan aan de Carrefour naar rechts.
We volgen nauwgezet de instructies, maar er is geen supermarkt te zien. De voorbije dagen zijn we hier ook al gepasseerd en dus weet ik dat we ook geen Carrefour meer gaan tegenkomen als we de baan verder volgen.
Wel zien we een bordje naar een meer. We besluiten die richting uit te gaan. Naarmate we dichter bij het meer komen valt mijn Franse franc. Ze bedoelde natuurlijk niet de winkel ‘Carrefour’ maar het kruispunt ‘carrefour’.
Op dat ogenblik voel je je als Maggie de Block die net voor de coronacrisis losbarstte de volledige stock mondmaskers heeft laten vernietigen. Koekerond.
Maar goed, we hebben het Lac du Gabassot gevonden.
Het is een van de meren die werden aangelegd om de droogteperiodes te kunnen overbruggen in deze regio. En dat is geen overbodige luxe. De voorbije dagen zagen we indrukwekkend lange draaiarmen op grote tractorbanden op de velden staan. Daarmee worden de maïsvelden die heel veel water nodig hebben geregeld besproeid.
We maken een wandeling van een viertal kilometer rond het meer. Op enkele vissers langs de kant na, komen we geen levende ziel tegen op deze toeristische toplocatie. Af en toe een doffe klap in het water van een karper die net een insect heeft gevangen en het gezoem van bijen in het hoge gras, dat zijn de enige geluiden op deze godverlaten plek.
Na de wandeling beginnen we aan de wijnqueeste van de dag. We starten bij Domaine Sergent in Maumusson. Zoals steeds hebben we het domein gekozen op basis van de beschrijvingen in de Guide Hachette des Vins. In de editie 2021 werden Brigitte en Corinne Dousseau verkozen tot wijnboer van het jaar in de Sud-Ouest. Hier kunnen we dus niet voorbij rijden.
Er is niemand thuis. Wanneer we een tijdje in de degustatieruimte staan, komt een grootmoeder naar ons toe gestrompeld. Een grootmoeder die ook echt naar grootmoeder ruikt, die huiselijke weeïge geur van weleer.
Ze roept haar dochter die sinds 20 jaar het familiedomein runt samen met haar zus.
We proeven vlot 10 wijnen waarbij vooral de rode wijnen in de smaak vallen. Niet toevallig dat net deze door de wijnproevers van de Guide Hachette zo bewierrookt worden.
De Madiran tradition 2018 kreeg een Coup de coeur in 2021, wat in de wijnbijbel het teken is dat je een zeer hoge kwaliteit krijgt voor een schappelijke prijs. En dat klopt. Voor 8 euro krijg je een blend van tannat, cabernet franc en cabernet sauvignon die heerlijk fris is en tegelijk fluweelzacht.
De wijnboerin vertelt ons dat ze door de klimaatverandering en de hogere temperaturen de cabernet franc hoe langer hoe meer moeten vervangen door cabernet sauvignon. De cabernet franc doet het namelijk minder goed op warmere bodems, terwijl de cabernet sauvignon veel breder inzetbaar is. Dit heeft natuurlijk een effect op de smaak.
Mijn favoriet is echter Les Noyers 2019, een 100% tannat-wijn. Een complexe maar heel elegante wijn. Dat hij een jaar lang op eik gelegen heeft, zal daar wel voor iets tussen zitten. Hij is nu al bijzonder lekker en kan door de tannat makkelijk nog 10 jaar rijpen in de kelder. Of hij dat gaat halen, weet ik niet. Daarom koop ik voor de veiligheid twee dozen van deze godendrank. Voor de prijs moet ik het niet laten: 13 euro voor deze topper is echt een koopje.
We nemen ook nog wat flesjes van de Eucalyptus 2017 en Les grains d’Elise 2019 mee.
Komt het omdat onze smaak steeds meer gekalibreerd raakt op de druiven van deze regio of heeft dit domein gewoon super lekkere wijn, mijn koopenthousiasme is in elk geval groot. Dit zorgt er wel voor dat de koffer quasi vol zit. Daarom bedek ik de delen die van buitenaf zichtbaar zijn met een zwart deken. Je weet maar nooit.
Van al dat proeven, hebben we een hongertje gekregen. In het nabij gelegen Riscle komen we terecht in Le Br. We willen plaatsnemen op het overdekte terras aan de straatkant, maar de garçeuse stelt voor dat we achteraan op het terras gaan zitten. Daar is het gezelliger en hebben we minder last van de weg. Heel attent.
We gaan opnieuw voor de menu du jour, maar laten het dessert voor wat het is. Voor 12,5 euro per persoon eten we een salade met eendenbout en een matige steak als hoofdgerecht. Uiteindelijk betalen we 44 euro voor 2 menu’s, een fles rosé van Gerard Bertrand en twee espresso’s. Het is de goedkoopste maaltijd tot nu toe.
Toen we de eerste avond naast het zwembad ons te goed deden aan een zeevruchtenschotel, dronken we er een Frangin Frangine van Château Laffitte–Teston bij. Een lekkere en laaggeprijsde Côtes de Gascogne.
Omdat het domein vlakbij ligt, besluiten we er naartoe te rijden. Wie weet wat ze nog allemaal in hun gamma hebben. Het domein bestaat al heel lang en wordt momenteel gerund door de zesde generatie wijnmakers.
En de volgende generatie staat al klaar om het over te nemen. De jongste telg van de familie loopt met ons naar de prachtige degustatieruimte, een investering die het domein deed tijdens de coronacrisis.
Door de grote boogramen hebben we een weids zicht op de wijngaarden. We krijgen ook een blik op de geklimatiseerde ruimte met wijnvaten waarin de witte wijn in volle ontwikkeling is. Voor de ondergrondse kelder waar 600 vaten met rode wijn liggen, moeten we onze fantasie gebruiken, want die is niet van hieruit zichtbaar. Alle AOC’s van Laffitte-Teston hebben er een aantal maanden op eiken vaten op zitten: de witte 6 maanden, de rode een jaar. Het is het enige domein in Madiran dat alles op eik laat rijpen.
De naam Laffitte-Teston is een combinatie van de familienaam van de wijnbouwers en het woord ‘teston’, een oude Franse zilveren munt die ooit op het domein gevonden is. Die link met de lange geschiedenis van het landgoed wil de familie heel bewust behouden.
Naast de topwijnen die zo’n 60% van hun gamma uitmaken, produceren ze ook eenvoudige wijnen voor elke dag, zoals die Côtes de Gascogne. Die kosten 6 euro. We nemen zowel de rode Frangin Frangine mee als de rosé die in een stijlvolle buikfles zit.
De topwijnen van dit domein vind je in heel wat klasserestaurants in Frankrijk. Toch valt de prijs enorm mee hier op het domein. De Reflet du terroir 2017 hebben we voor 9 euro en hun absolute topper kost 14,5 euro: de Vieilles vignes 2017. Een koopje voor een dergelijke kwalitatieve wijn. De tannatdruiven komen van oude wijnstokken van meer dan 70 jaar oud en zijn zorgvuldig geselecteerd. Hier gaan we nog stevig van genieten de komende jaren.
Nu de koffer vol zit, begin ik de wijndozen in het voetengedeelte achteraan te stapelen. We moeten voldoende plek overhouden voor de laatste wijnstop van de dag: Château Barréjat.
Dit domein heeft oude wijnstokken van gemiddeld 80 jaar oud en een blik op hun website leert ons dat de goudgele wijnetiketten met een gouden randje en handgeschreven letters qua stijl zijn blijven steken in de jaren 80. Vaak is dat het teken dat ze mikken op een eerder traditioneel publiek dat kwaliteit wil.
Wat zullen die mensen ontgoocheld zijn als ze, net als wij, de wijnen gaan proeven in de degustatieruimte van het château. Die ziet er op zich veel belovend uit want naast rekken met wijn staan er ook heel wat lokale producten uitgestald. Een soort van buurtwinkeltje met lokaal lekkers, zeg maar.
Maar wat een contrast met hoe de proeverij zelf verloopt.
De vrouw stopt ons twee plastic wegwerpwijnglazen toe. Lekker makkelijk, hoor ik ze denken. Zo moet ik straks niets afwassen.
Niet alleen kreeg ik nooit eerder een plastic wegwerpwijnglas op een wijndomein, de uitleg die we krijgen bij de wijnen is de kortste ooit. Ze zegt niet meer dan de naam van de wijn.
Om haar afstandelijkheid en desinteresse kracht bij te zetten, gaat ze geregeld wat rommelen in een ruimte achter de proefruimte.
Wat een tristesse.
De wijnen zijn stuk voor stuk wijnen van de oude stempel. Het is Madiran gemaakt op de meest basic manier waardoor de tannines vrij spel krijgen en de wijnen een wrange smaak hebben.
Alleen de goedkoopste rode wijn, een Côtes de Gascogne, volledig gemaakt van cabernet franc, laat zich drinken. Licht gekoeld lijkt deze fruitige dorstlesser ons prima te passen op een zwoele zomeravond.
Dat is dan ook het enige wat we kopen: een karton van 6 flessen dat ons 25 euro kost. Het afrekenen gebeurt al even ongeïnteresseerd als de proeverij zelf.
Rij dus met een grote boog rond dit domein als je ooit de Madiran aandoet, en bestel de lekkere zomerwijn gewoon online.
Bij gebrek aan andere kwalitatieve eetadresjes in de buurt van Garlin, maar vooral omdat we zeer tevreden waren over onze twee laatste diners, belanden we voor ons laatste avondmaal in de Madiran opnieuw naast het zwembad.
Ik doe me te goed aan een croustillon van sint-jacobsvruchten en ook voor het hoofdgerecht mogen de schelpen opnieuw open. Ik bestel de overheerlijke zeebeestenbrochette van de eerste avond opnieuw en glunder bij elke hap van de patat in de schil.
Van de garçon die ons drie dagen op rij bediende, krijgen we een Armagnac van het huis. Een mooie afsluiter van ons verblijf hier in de Madiran. Morgen reizen we door naar de Lot.
Geef een reactie