Terug naar Cluny

Boudewijn is 20 jaar dood. Jan Becaus, nieuwsanker op de VRT, gaat met pensioen. En er komt trajectbewaking op de E34 ter hoogte van Wechelderzande. Veel somberder moet de ochtendberichtgeving op de redactie.be niet worden.

Toch kunnen we ons dit onheil maar matig aantrekken. George Clooney-gewijs nespresso ik me wakker. De nachtelijke krekels hebben plaatsgeruimd voor het geluid van de heggenschaar van een overijverige buurman die waarschijnlijk gisteravond serieus op zijn toren heeft gekregen van zijn vrouw omdat de man van de andere buurvrouw de dag ervoor heel de dag in de weer is geweest om de haag zomerhitteklaar te maken. Benieuwd welke buurman morgen aan het snoeien begint.

Ik kan oprecht genieten van deze Man bijt hond-taferelen en kan niet wachten om het zweet op het voorhoofd van de buurman te zien parelen. Ik zet dus m’n zomerhoed op en strentel naar de bakker in het dorp in de hoop de brave man te ontmoeten, maar dat genoegen wordt me niet gegund.

Wanneer we aan het ontbijt beginnen, is het kwart voor tien. Onze levenswijze zet zich hoe langer, hoe meer op PMT (Paris Mean Time). Fransen eten doorgaans een stuk later dan wij, toch zeker wanneer ze in vakantieatmosferen vertoeven. We stappen voor een keer graag mee in de pas. Gezellig samen ontbijten, het komt er zelden van tijdens het jaar, tenzij op zondagochtend als Els niet moet werken. Met graagte wordt er dan een flesje bubbels open getrokken om samen te genieten.

Uiteindelijk arriveren we rond half twaalf in Maçon, een van de bekendere wijndorpen uit de regio. Mâcon ligt aan de Saône die als een vloeibare gletsjer voort glijdt onder eeuwenoude bruggen, tussen fijn ingerichte oevers met wandelpaden, tribunes en groene rustpunten voor warme dagen zoals deze.

Het dorpje heeft aardig wat leuke horeca-pleintjes en enkele opvallende gebouwen zoals een 500 jaar oud houten huis, maar voor de rest valt er maar weinig te beleven.

Na een kleine twee uur laten we Mâcon voor wat het is, want er moet wijn geproefd worden. Twee fijne domeintjes heb ik aangekruist in de Guide Hachette, en dat is dan ook het enige wat op het einde van de dag tastbaar overblijft van onze wijnqueeste van vandaag.

Wanneer we aan het eerste domein aankomen, blijkt er geen levende ziel aanwezig, behalve dan een stel Nederlanders met een caravan die het concept ‘gite’ duidelijk niet goed beet hadden toen ze van boven de Moerdijk koers zetten naar ‘la doeze frans’. Omdat we het gezellig willen houden, rijden we door naar het tweede adresje, maar ook dat blijkt een maat voor niets. Het domein is van de aardbodem verdwenen, want hoe vaak we de straat ook doorrijden en hoe overtuigend een dorpeling ons tot tweemaal toe diets probeert te maken waar het ligt, we vinden het niet.

Ondertussen is het een stuk na tweeën, dus besluiten we er zoals de Havenzangers een einde aan te maken. De gps krijgt als einddoel Cluny.

Het is de derde keer dat ik Cluny bezoek. De eerste keer was in 1997, met de lerarenopleiding op excursie door de Bourgogne en de Provence, een heerlijke reis die me op vele vlakken cultureel gevormd heeft, of me toch zeker heeft aangescherpt wat architectuur betreft. De tweede keer was 5 jaar geleden toen we voor het eerst met ons gezinnetje met vakantie naar Frankrijk gingen. Rune was nog geen 4, Finn was nog maar anderhalf.

De jonge Rune was zoveel jaar geleden compleet aangedaan van het verhaal van Cluny. Over hoe de abdij tot de belangrijkste van zijn soort groeide en toonaangevend werd qua architectuur en in de uitgezette leer. Maar ook, en vooral, over het verval. Hoe in enkele jaren het ooit zo majestueuze religieuze middelpunt van Europa werd herleid tot steengroeve. Steen na steen werd de middenbeuk afgebroken en verdwenen prachtige torens ten voordele van een minder relevante herbestemming.

Die avond, vijf jaar geleden, belde Rune met zijn moeke. Het eerste dat hij zei: “Moeke, weet je wat ze hier in Frankrijk gedaan hebben? Ze hebben hier een kerk afgebroken!” Zijn grootmoeder voelde zijn verontwaardiging honderden kilometers verder naadloos aan.

Toch heeft hij ook fijne herinneringen aan Cluny dankzij de vele foto’s die we destijds hebben gemaakt. Onlangs nog heeft hij een spreekbeurt op school gehouden over Cluny en de afgebroken kerk vertrekkend van een foto waarop hij op de voet van een van de ooit zo imposante zuilen staat.

Dat we Cluny vandaag bezoeken, is op vraag van Rune. Hij wil terug naar de plaats van het onheil en wil vooral een foto van hem op diezelfde voet, zoveel jaren later. En zo geschiedt.

Wat ook alsnog geschiedt is een wijnproeverij en wel op enkele honderden meters van onze gite. De gastvrouw des huizes is zeer eerlijk in haar appreciatie van de eigen wijnen, wat ik ten zeerste weet te appreciëren. Domaine Venot in Moroges staat in de Guide Hachette met zijn roséwijn die me van smaak en kleur doet denken aan een Tavel, maar ook de rode wijnen zijn absoluut te pruimen.

De sfeer bij de proeverij zit er duidelijk in, want de dame blijft maar crémant inschenken ‘als afsluiter’.

De kinderen hebben intussen hun speelkameraadjes gevonden in het grote diep. De kleinkinderen van de eigenaars zijn op bezoek en plonsen met evenveel plezier het zwembad in.

(31 juli 2013)

Advertentie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Blog op WordPress.com.

Omhoog ↑

%d bloggers liken dit: