Vraag aan een gemiddelde sterveling, zelfs in een van oorsprong christelijk land, naar de betekenis van Pinksteren en de kans is groot dat hij het antwoord schuldig moet blijven. Is de sterveling een purperpaars dametje met een rollator, dan zou het nog kunnen dat je verhaal te horen krijgt van de Heilige Geest die een keer is neergedaald voor een bende apostelen.
In de vroege middeleeuwen was Pinksteren nog een belangrijk feest dat gevolgd werd door een week verplichte rust. De Heilige Geestweek – heel origineel waren ze in die tijd niet in hun naamgeving – werd over de eeuwen ingekort tot drie verplichte rustdagen en ondertussen schiet er nu nog één van over. Die valt morgen op pinkstermaandag en dus moeten we zeker de wijnboeren vooraf contacteren om niet voor een gesloten poort te staan.
Een week verplichte rust is wat we ons aanmeten, ook al is de pinkstertraditie ondertussen gedecimeerd. Het is eigenlijk wel welletjes geweest de voorbije maanden. Sinds ik als zelfstandige aan de slag ben, zit ik op zo’n roller coaster dat dit vinologisch intermezzo niks te vroeg komt. Er wordt vaak lacherig over gedaan, maar als je je job ernstig neemt, klopt het ook: als zelfstandige zijn er geen uren meer.
Het plezier anderzijds om aan iets te kunnen bouwen en de zondvloed aan positieve feedback die je ervoor terug krijgt, geven je zo veel kilowatt uur bij per dag dat je energie tomeloos lijkt. En net daar schuilt het risico. De grenzen tussen werk en privé vervagen en je moet opletten dat je niet continu aan het werken bent.
We trekken iets over half zeven de voordeur achter ons dicht.
Halle ligt er desolaat bij, net als de wegen richting Antwerpen.
Het verschil met doordeweekse dagen kan niet groter zijn. Files starten tegenwoordig al een stuk voor Zoersel en in Herentals. Op de E19 knallen bijna elke dag vrachtwagens op elkaar omdat niemand al zo ver voor Antwerpen het begin van een file verwacht. Studio Brussel is een zender geworden waarop de verkeersinformatie alleen nog wordt afgewisseld met reclameblokken voor automerken en autoverzekeringen. Laat op de avond hoor je soms nog wel eens een streepje muziek.
Ondertussen plannen de verschillende overheden constant nieuwe werven in zonder deze op elkaar af te stemmen: de Singel wordt aangepakt, binnenkort worden de Leien doorgeknipt voor werken en ook de voorbereidingen van de Oosterweel liggen in het verschiet.
Mocht Angela Merkel om god weet welke reden de drang voelen om haar westerburen nog eens te annexeren zoals haar voorvaderen dat in de vorige eeuw met een zekere regelmaat pleegden te doen, zouden ze in de buurt van Antwerpen vast komen te zitten en waarschijnlijk na een tijdje besluiten om gewoon terug huiswaarts te keren. De parking als ondergelopen polder vormt tegenwoordig immers een onoverbrugbaar niemandsland waar bijzonder veel tijd verloren gaat.
Geef het nog een jaar of vijf en zelfrijdende auto’s zullen geen sciencefiction meer zijn, maar een evidente investering voor iedereen die het tijdverlies in de file beu is. ’s Ochtends gewoon instappen en verder dutten of al beginnen met werken, terwijl je veilig tot aan de voordeur van je werk wordt gebracht zonder het storende gejep van een taxichauffeur of een slecht afgestelde taxiradio met krakende boodschappen van de centrale op de achtergrond. Nee, gewoon uitstappen en je auto duidelijk maken dat hij maar een parkeerplaats moet zoeken of, nog beter, wat kan gaan überen om de investering terug te verdienen.
Tijdverlies zit er vandaag niet in, dankzij de vergeten christelijke feestdag. Zelfs Parijs passeren we zonder ook maar een keer stil te staan.
We snijden Frankrijk middendoor langs de mooiste route naar het zuiden. De ‘Autoroute du Soleil’ mag dan wel aanlokkelijk klinken als naam voor een autostrade en de eerste wijnhuizen die langs de rechterkant van de weg opduiken als je de Bourgogne binnenrijdt, zetten je zintuigen zonder moeite op vakantie, maar tegen het landschap van de continentale route langs het Centraal Massief kan niets op.
Tel daarbij dat péages je niet voortdurend uit je ritme halen en ook storende trajectcontroles komen er amper voor, tenzij we het niet goed ingeschat hebben natuurlijk en de Franse politie ons de komende dagen met fanmail zal bestoken.
Het is de koninklijke route die je bij momenten tot boven de 1100 meter brengt. Eens het gebergte voorbij klimt de temperatuur geleidelijk naar een zomerse 27 graden.
Toch voelt het een stuk kouder aan als we aan de aire van het viaduct van Millau even de benen strekken. Er staat vooral veel wind.
Cruisend langs de kustlijn zakt de temperatuur terug naar 23 graden. Op zich ideaal, maar ook hier zorgt de felle wind voor kilte.
Onze eerste chambre d’hôtes ligt in La Clape, een prachtig natuurgebied tussen Narbonne en Narbonne Plage. In het ruwe landschap van kalksteen is letterlijk elke vierkante meter vlakke of zacht glooiende grond ingenomen door wijngaarden. Het is die combinatie van asgrijze rotsen, stralend blauwe lucht, diepgroene bossen en zonnebadende wijnranken die La Clape onvergetelijk maakt.
Die stralend blauwe lucht mag dan wel ontbreken op dit moment, zelfs met een wolkendek is het contrast een streling voor het oog.
We draaien de oprijlaan van Domaine de la Ramade op, een wijndomein vlakbij het veel bekendere Château L’hospitalet. Wanneer we aan de cave parkeren, komt Fries al naar ons toe gelopen. Fries en Leentje waren ongeveer een half uur voor ons aangekomen en hadden de Volvo dubbel geparkeerd om op de overvolle parkeerplek voor de cave nog een plekje voor ons vrij te houden. Beter een goede buur …
Veronique, de mevrouw van het domein die ons aan de vakantievertrekken tegemoet komt, komt niet verder dan een vriendelijk slap handje en het articuleren van haar prénom. Voor de rest geen woord uitleg, maar we gaan ervan uit dat Fries en Leentje al een uitgebreide tour hebben gehad, dus trekken we rechtstreeks naar onze kamer.
De kamer is mooi verzorgd en ook de badkamer is netjes. We hebben zelfs een kleine frigo in de kamer, maar jammer genoeg is die leeg. Vreemd als je verschillende dagen op een wijndomein verblijft. Wij zijn vinologisch gezien niet bepaald amateurs te noemen, maar minder fortuinlijke bezoekers die graag uitgebreid verslag doen van hun reis bij thuiskomst zouden ongetwijfeld konde doen over de gastvrije ontvangst met een lekker wijntje in de frigo en de suggestie om zeker eens een keer langs te komen in de cave om te proeven.
Niets van dat. We vragen uiteindelijk zelf naar wijn om even op adem te komen op het terras. Ook Fries en Leentje hebben blijkbaar alleen maar hun kamer aangeduid gekregen. Het komt nogal gemakkelijk over. Een kamer hier is niet goedkoop, en dan verwacht je wel een en ander.
We zoeken een plekje op het terras rond het zwembad omdat we geen eigen terras hebben. Plek genoeg, daar niet van, maar waar mogen we gaan zitten? Veronique woont er immers ook en er zijn ook andere bezoekers. Zitten we op hun privéterras of is dit voor iedereen toegankelijk? Niemand die het weet en ook niemand die het zich uiteindelijk ook aantrekt. We verschuiven wat stoelen en klinken er een flesje wit en rosé door om de wijntrip in te zetten.
De lichte miezer die uit de wolken valt, nemen we er bij. Door de wolken zien we een witte gloed, niet wetende of het de zon of de maan is.
Een teken dat we een eetplek moeten zoeken voor de avond.
We meanderen richting de kustlijn.
Zeer attent van de Narbonne-Plagiërs om ons van Halle Proeft te verwelkomen met een lokaal marktje. Op een klein pleintje heerst tussen de windvlagen door een zuiderse sfeer. In kleine tuinhuisjes rondom het pleintje staan verschillende standhouders met Spaans ogende gerechtjes.
Het wolkendek trekt vervaarlijk dicht en de wind klimt nog een paar Beaufort-punten op de korte tijd dat we op het pleintje staan. Hoezeer we de idee ook appreciëren, we zoeken toch een plek om binnen te eten en belanden in Entre Mer et Garrigue, een onooglijk kleine zaak die er langs buiten eerder als een kapsalon met tafeltjes uitzien. Toch is het de nummer 2 van TripAdvisor in Narbonne Plage van de bijna 50 eetadresjes.
In vroeger tijden, toen toeristen nog met een Trotter-gids op pad gingen, was het meestal één auteur die bepaalde of een zaak in de gids terecht kwam of niet en dus ‘vindbaar’ was. Vaak kreeg de broodschrijver free food & drinks als bedankje om de zaak op te nemen in de gids en je kunt je dus vragen stellen bij de objectiviteit van zijn beoordelingen. Tegenwoordig staat zowat elke frituur op TripAdvisor en is het de kracht van de menigte die bepaalt wie het hoogst uitkomt. Omdat je verder kunt klikken op commentaren van eerdere bezoekers, kun je zien wie wat goed of net storend vond, wat je een veel gedetailleerder beeld geeft dan de paar regels in een klassieke reisgids.
We beklagen onze keuze niet. De foie, de entrecote, de asperges, en alle andere gerechtjes die op tafel verschijnen zijn kraakvers. De garçon van dienst neemt zijn tijd om uitleg te geven en te laten proeven. Gestresseerd is de man hoegenaamd niet en hierdoor schakelen we zelf ook enkele versnellingen terug naar Zuid-Franse modus.
Bij gebrek aan een eigen terras aan onze kamers sluiten we de avond af rond de tafel in de kamer van Fries en Leentje. De fles rode wijn wordt gekraakt onder het goedkeurende gekwaak van kikkers die ons van rond het zwembad een geweldige wijntrip wensen.
(4 juni 2017)
Geef een reactie