Pezenas, de stad van Molière, zo mogen we de toeristische dienst geloven. Je kunt er dan ook niet naast kijken. Overal kom je hem tegen als symbool van de stad.
Ik krijg van de overigens zeer bereidwillige uitbaatster van het Office du Tourisme een plannetje in mijn handen geduwd met een wandelroute van 2,5 uur door de stad. De van oorsprong Zaventemse desk-diva vraagt wel 2 euro voor de uitgestippelde route. Vreemd. Het stadsplannetje krijg ik gratis mee maar een quasi identiek plannetje met daarop een aantal getallen en enkele groene lijnen kost 2 euro.
Enfin, tegen beter weten in zeg ik vriendelijk goeiedag en stap ik met mijn getallencombinaties en groene lijnen op mijn gezinnetje af dat ondertussen bijna volledig is weggesmolten door de verschroeiend hete zon.
Met volle moed start ik met het beginpunt te zoeken van de route. Deze is vreemd genoeg niet het Office du Tourisme zelf, maar wel een of ander plein enkele stappen terug in de wandelroute. Tegen dat ik dat heb uitgepuzzeld drijft Finn, of wat van hem overblijft, bijna uit de buggy. Niet moeilijk, als het Office du Tourisme op de getallenkaart met groene lijnen op een heel andere plek staat aangeduid dan het eigenlijk ligt. Een blik op de printdatum van de kaart leert me dat dit verschil niet te verklaren is door de geleidelijke evolutie der aardplaten (platentectonisch gewijs bedoel ik dan), maar dat het effectief gaat over een fout.
Na een kleine wandeling rondom het Office du Tourisme en een dubbelcheck op het gratis (!) stadsplan wordt mijn vermoeden bevestigd: de getallenkaart trekt op niks. Het te kleine kaartje bevat veel te veel tekst voor een wandeling; geen wonder dat je 2,5 uur nodig hebt voor de wandeling: 1 uur om te wandelen en 1,5 uur om te lezen. De kaart is ook compleet zinloos omdat je eens je een wegwijzer vindt in de stad je bijna niet kunt missen om een volgende wegwijzer te vinden.
Rune vindt al snel de ene pijl na de andere en loodst ons door Pezenas. Het stadje is echt prachtig en authentiek, zeer kunstzinnig en aangenaam om door te flaneren. De hoge herenhuizen gooien hun schaduw op de pittoreske straten waardoor de tropische hitte in de kiem gesmoord wordt.
Iets na de middag zetten we koers naar Narbonne Plage en houden we een korte tussenstop in La Clape voor L’Hospitalet, een chateau aanbevolen door Caroline en ook door de wijngids die ik ondertussen had gevonden om me door de komende degustatiedagen te leiden.
De eerste zes flessen zijn binnen en na ongeveer een half uur rijden we door een overweldigend landschap door naar het strand.
De grote drukte aan de kust moet duidelijk nog komen. Slechts enkele Narbonesers, Narbonensanen, Narbonesiërs, enfin, inwoners van Narbonne en omstreken (en gemakkelijkheidshalve reken ik ook ons daarbij) vinden het een goed idee om op deze bloedhete dag in juni naar het zeetje te trekken. Nochtans de enige plek in de regio waar je een beetje verkoelende wind kunt vinden.
De namiddag gaat voorbij met het insmeren van onze melkfleswitte armen en benen, het opzetten (en daarna weer – veel moeilijker – afbreken) van onze instant-zonnetent, foto’s maken van de kinderen die zich rot amuseren in het water en even gek als een Duitse scheper de in het water gegooide frisbees terughalen voor hun baasje.
De avond wordt afgesloten in een strandrestaurantje (L’Arlequin) dat, al zullen culinaire recensenten er samen met mijn eega anders over denken, een schot in de roos is. De bediening is onwaarschijnlijk klantgericht. De kinderen worden in de watten gelegd en krijgen elk de helft van een heerlijke vers bereide pizza. Pa en ma bestellen een menuutje. Pa neemt escargots met look, garnalen met rijst en een ijsje om mee af te sluiten. Ma kiest voor de hete geitenkaas, weiting met rijst en, om niet helemaal af te wijken, ook een ijs.
Voor de prijs van 22 euro eten we beiden 3 gangen die, met uitzondering van de iets te gare rijst ok zijn. We krijgen er nog een halve liter rosé bij ook.
Dat samen met de snelle en klantvriendelijke bediening zorgt ervoor, beste lezer, dat ik L’Arlequin een mooie onderscheiding geef en de kelners een meer dan behoorlijke fooi. Hier kunnen ze in sommige zaken aan de Belgische kust echt een voorbeeld aan nemen.
’s Avonds bekommer ik me over het inplannen van de nodige degustaties in ons reisschema. De conclusie is hard: we komen serieus tijd te kort.
Twee opties: de reis verlengen (wat op zich zou kunnen voor Els en mezelf, maar we willen Rune graag de laatste dagen van het schooljaar laten meemaken) of chateaus schrappen. Met pijn in het hart zet ik de ene streep na de andere door tot de verbeelding sprekende chateaus en domeinen die door kenners de hemel in worden geprezen.
Het leven is keuzes maken. Vandaag maak ik de keuze om zeker terug te komen.
(17 juni 2009)
Geef een reactie