Disneyland, it’s a small world after all

 

Zonder het op dat moment te weten, typeert de file die onze heenrit naar het pretpark inluidt de komende dagen in Eurodisney perfect. Het tweede deel van de reis zal immers vooral bestaan uit wachten. Wachten om attracties te kunnen bezoeken, wachten aan de kassa van de eetzaken, wachten aan de security, wachten in het hotel, overal zullen we moeten wachten.

4 dagen Disney vormen het orgelpunt van de vakantie. De kids en Belinda kijken er zo hard naar uit dat ze instant gelukkig worden bij de gedachte dat ze binnen een uur kunnen inchecken in een Disney-hotel.

We verblijven in twee verschillende hotels: Rune, Finn en ik in Cheyenne en Belinda, Robbe, Lars en Lune delen een kamer in Santa Fe.

Santa Fe is volledig gestyled in Cars-thema. Eens we voorbij de securitypost aan de inkom zijn en de auto geparkeerd hebben, begint het wachten. We moeten slingeren tussen linten die een haarspeldroute afbakenen. De eerste hotelmedewerkers vragen ons om papieren aan te vullen. Bij de boeking zijn er al heel wat gegevens doorgegeven, maar blijkbaar moeten ze ook weten wat onze favoriete kleur van sokken is en of we ons wc-papier vouwen of proppen. Met de ingevulde fiche 147bis melden we ons aan bij de tweede golf hotelmedewerkers die ons nog meer papier geven. Wie gelooft dat we in een digitale tijd leven, moet dringend eens naar Eurodisney trekken. Hier lopen net geen monniken meer rond in een scriptorium.

We krijgen naast de sleutel van de kamer ook een voucher voor een fotopass. Die moeten we gaan omwisselen voor een echte fotopass in de souvenirwinkel. Daarnaast krijgen we per maaltijd (zelfs ook voor ons vieruurtje) een voucher en dit voor elke volwassene en elk kind, wat ons totaal aantal vouchers op 49 brengt. Om ’s ochtends te kunnen ontbijten hebben we geen vouchers nodig maar gekleurde bonnetjes die ijverig geplastificeerd zijn door waarschijnlijk een derde golf hotelmedewerkers. Ze geven aan in welk slot we kunnen eten.

Vervolgens wordt er ook een zogenaamde ‘easy pass’ gegeven zonder veel uitleg en uiteraard de inkomtickets.

Voor iemand die gruwelt van bonnetjes en administratie, zoals ik, is dit de grootst mogelijke afknapper als verwelkoming die er is. Wat een verschil met de cruise die ik 15 jaar geleden maakte: bij aankomst werd er een foto van je getrokken, deze kwam op je deurpas te staan die ineens diende als betaalkaart. Het saldo kon je gewoon checken op je tv of bij elke bestelling aan de bar of in een winkeltje. Ondertussen zijn we 15 jaar later, zijn er smartphones uitgevonden en andere spullen die ons het leven eenvoudiger kunnen maken, maar blijkbaar is dat nog niet doorgedrongen in Marne-la-Vallée.

Hetzelfde circus moeten we door wanneer we ons inchecken in Chayenne, alleen krijgen we daar zo mogelijk nog minder duiding bij alle paperasserij.

Eindelijk kunnen we naar het park. Elk hotelcomplex van Disney wordt meerdere keren per uur aangedaan door een comfortabele en verzorgde shuttledienst die je tot de parken brengt en naar Disney Village, een stuk Disney waarvoor je geen inkom moet betalen.

Voor je ergens binnen kunt, moet je ook voor Disney door de security. Elk niet geoefend oog ziet dat de security zo lek is als een mandje. Wie echt slechte bedoelingen heeft, geraakt volgens mij zonder enig probleem binnen en kan het pretpark in no time herleiden tot het hol van Pluto (excuus voor de zeer flauwe woordspeling). Het enige effect dat de security dan ook heeft, is dat mensen met mondjesmaat richting de parken worden gelost in plaats van in grote groepen.

Het Disney Hotel is een gigantisch pand dat dienst doet als hotel, maar ook als inkom van het grote park. Ook daar worden de met Disney-attributen uitgedoste fans door fuiken geleid waar je inkomkaart gescand wordt. Opnieuw wachten dus.

De eerste keer dat je in de verte het kasteel van Doornroosje ziet, kun je niet anders dan enthousiast worden, zeker als het weer zo nazomers is als vandaag. De lucht kleurt prachtig blauw wat ook de vele kleurrijke gebouwen van Main Street tot hun recht laat komen.

Ik ben redelijk trots wanneer ik als eerste van het gezelschap Donald Duck spot. ‘Wie wil er met Donald op de foto?’ vraag ik redelijk naïef. Pas dan wordt me duidelijk gemaakt dat je niet zomaar op de foto kunt met Donald. Niet dat je moet betalen, maar je moet er wel voor in de rij gaan staan. Op dat moment vallen de tientallen bezoekers me op die netjes achter een witte koord staan wortel te schieten om meer dan een half uur later even met The Donald op de foto te kunnen. Blijkbaar moet je de wachttijd verdrievoudigen om een keer met een prinses op de digitale plaat te kunnen. Anderhalf uur? My God!

In de Cable Car Bake Shop op Main Street genieten we van de lunch. Deze is niet inbegrepen in onze boeking, dus let ik even mee op de prijzen. Iedereen kiest een broodje, een croque of een bruscetta en een drankje. Aan de kassa krijg ik m’n eerste hartverzakking van de reis. Als bovendien blijkt dat niemand zijn eten echt lust, voel ik me serieus bekocht.

Heel wat attracties zijn in het laagseizoen in onderhoud en dus gesloten voor het grote publiek. Omdat zowel de Big Thunder Mountain als de Thunder Mesa Riverboat Landing toe zijn, valt er in Frontierland niet veel te beleven, wat jammer is want de wereld die er gecreëerd wordt, ziet er heel realistisch uit en tegelijk fantasierijk. Er zijn veel fotogenieke plekjes en de inrichters hebben echt wel nagedacht over de details.

Een van de oudste attracties van Disneyland is It’s a small world. Volgens de app met de wachttijden is het ‘maar’ een kwartier wachten om ze te kunnen bezoeken. Belinda en Lars worden lyrisch tijdens het wachten, ik stoor me hoe langer hoe meer aan de extra wachttijd die je voor elke attractie in de realiteit moet bijtellen bij wat de app aangeeft. Uiteindelijk duurt het een half uur voor we binnen kunnen.

It’s a small world is een reis door een wereld van bordkarton en jaren zeventig-popjes die allemaal uitgelaten ‘It’s a small world after all’ zingen en er afhankelijk van het land of werelddeel instrumenten aan toevoegen. Het nummer is een van de bekendste Disney classics en weet ik wel te appreciëren, alleen wordt het zo vaak herhaald en zo hoog gezongen, dat ik spontaan moet denken aan de folterscène in A Clockwork Orange wanneer ze iemands geest tot het uiterste willen drijven met onder andere muziek.

Het geheel ziet er ook zo oubollig uit dat ik ervan schrik dat Rune de attractie geweldig vond omdat er zoveel culturen in te zien waren en dat de sfeer zo happy was. Finn vond de figuurtjes maar vreemd.

Ook in de andere werelden valt de verfijnde afwerking van de huisjes, piratenboten en loopbruggen op. Het verzacht ten dele de pijn bij het lange wachten. De kapitelen van de zuilen zijn niet Dorisch of Korinthisch, maar op z’n Disneys met Knabbel en Babbel.

Disneyland bevat nog veel meer beton dan pakweg vijf Center Parcsen, maar het komt helemaal zo niet over dankzij de originele inkleding met oog voor detail.

De Disney Parade moet je een keer gezien hebben als je naar Disneyland komt. We zoeken een plekje op het einde van Main Street om een goed zicht te hebben op al het jolijt dat voor onze voeten zal passeren.

Alle figuurtjes uit het rijke Disneyverleden krijgen een plekje in de stoet, de meest populaire hebben zelfs hun eigen praalwagen.

Eenzelfde respect voor wat Walt Disney betekend heeft, overviel me de eerste keer dat ik Plopsaland bezocht. Op dat ogenblik bestond Studio 100 nog maar een jaar of tien en in die korte tijd hadden Gert en Hans al een klein imperium weten uit te bouwen met figuurtjes die op dat moment al klassiekers waren geworden. En ineens hadden die mannen een goed draaiend pretpark. Ondertussen is hun wereld nog groter geworden met pretparken in andere landen, overnames van buitenlandse productiehuizen, de bouw van zwembadcomplexen en andere grote keuzes die de man met de hond waarschijnlijk twintig jaar eerder niet voor mogelijk had kunnen houden.

Wanneer je al die Disney-figuurtjes ziet passeren, besef je pas wat voor een erfenis Walt Disney heeft nagelaten: tientallen filmclassics, popnummers die wereldhits geworden zijn, themaparken over heel de wereld en prullaria, je kunt het zo gek niet bedenken of het bestaat.

En toch heeft Disney lang in slechte financiële papieren gezeten. Vroeger was er elke dag vuurwerk in het park om de dag af te sluiten, tegenwoordig is er maar op enkele vaste dagen een vuurwerkshow.

Het vuurwerk brengt een massa mensen op de been. De oevers van het meer van Disney Village staat volgepakt met ouders en kinderen. Het is een klank- en lichtspektakel waarbij de vuurpijlen niet steeds mooi op de muziek de lucht in knallen. Het vuurwerk is groots en heel luid. Zelden zo’n Fourth of July gezien als vandaag in Disney. Toch zijn Rune en Finn niet echt onder de indruk van het vuurwerk. ‘Op YouTube zijn er veel mooiere vuurwerkshows te zien waar de muziek wél klopt.’ Tja, hoe kunnen onze kinderen nog verbaasd geraken als ze alles, letterlijk alles, online vinden?

We dineren vanavond in het Disneyland hotel, een statig pand dat perfect als decor gediend zou kunnen hebben voor Gone with the wind.

En als we binnenkomen, zien we dat alles deze sfeer ook effectief moet uitstralen, tot het personeel toe. Iedereen die er de handen uit de mouwen moet steken om ons buffet geregeld bij te vullen, drank naar de tafels te brengen en alles op te ruimen is zwart. Niet het zwartepietenzwart van een schoorsteen, maar echt ‘negerzwart zoals in de films uit die tijd’. De slavernij is back bij Disney want in het selectieproces is duidelijk zwart de geprefereerde huidskleur geweest voor alle ondersteunende taken, de leidinggevende was een blanke. Ik weet niet of dit zelfs wettelijk mag en of je mensen niet primair om hun competenties moet aantrekken, in plaats van omwille van hun huidskleur. Eerlijk? Ik ben nog steeds een beetje gechocqueerd van deze reis in de tijd die we vanavond mee maken.

De in pluche geklede Disneymedewerkers, waarvan de huidskleur me niet echt duidelijk is, trekken zich van dit rassenverschil niets aan. Goofy, Gepetto, Iejoor, Tijgetje, Mickey en Pluto komen dartelen aan elke tafel, zoals het in hun contract staat en gaan telkens enthousiast op de foto met iedereen die daar zin in heeft. Deze fotoservice zit mee in de prijs van het dure diner, dus profiteren we ervan tot de laatste snik, waarschijnlijk tot grote frustratie van de pluche medewerkers, die gelukkig volgens hetzelfde arbeidscontract ongewapend op de foto moeten.

Het buffet is copieus en biedt voor elk wat wils: lekkere verse schaaldieren, mooie salades, allerlei koude en warme vlees- en visbereidingen, gefrituurde spullen, enkele lopende meters dessertenbuffet en ga zo maar door. Zelfs Robbe weet een voor hem perfect voorgerecht samen te stellen: een sneetje ham en kaas op een broodje. Robbe blijft maar groeien in lengte en gaat er van gewicht niet echt op vooruit. De jongen wordt hoe langer, hoe knokiger. We sporen hem daarom aan om nog eens naar het buffet te gaan wat hij ook zonder morren doet en achteraf heeft hij er niet de minste spijt van.

Het vele poseren, kruipt serieus in onze kleren en we keren moe naar onze hotels. Ik hoop dat de pluche medewerkers van Disney voldoende betaald worden hiervoor want het is ‘a hell of a job’.

(3 november 2016)

Advertentie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Blog op WordPress.com.

Omhoog ↑

%d bloggers liken dit: