Hoewel we op zich niet mogen klagen over het weer tot nu toe – het is immers nog vroeg in het voorjaar – is het vandaag de eerste dag dat we lang op ons terras kunnen doorbrengen.
Een terras met een indrukwekkend zicht op het moderne Istanbul en de oude Galatatoren die vroeger deel uitmaakte van een groot fort en nadien dienst deed als gevangenis, branddetectietoren, observatorium en museum. In 1632 sprong een zekere Ahmed met houten vleugels aan zijn armen van de toren en fladderde hiermee tot aan de overkant van de Bosporus, in vogelvlucht ongeveer 5 kilometer. De sultan gaf hem prompt een zak goud als beloning voor deze heldhaftige vlucht.
Omdat Belinda zich niet lekker voelt en wil chillen op het terras ga ik zelf even van boord voor een wandeling door het moderne Istanbul, zonder houten vleugels.
Die begint met een stevige klim naar het Taksim Gezi Park. Dat is bijna volledig afgesloten met nadars. President Erdogan heeft vorige week de burgemeester van Istanbul laten oppakken omdat hij de jongeman als een belangrijke politieke rivaal beschouwt. Daarom is de kans groot dat er betogingen en optochten zullen volgen. Ook in de drukke winkelstraat met het fotogenieke rode trammetjes dat er op en neer rijdt, is de ‘Polis’ massaal aanwezig. Van enig protest is er echter niets te merken.





Ik wandel verder naar de Galatatoren waar de terrasjes overvol zitten. Via de ondergrondse wandelgangen waar op elke vierkante centimeter kraampjes staan bereik ik de Galatabrug. Van daarop heb je een prachtig zicht op de vele moskeeën van de stad, met op de voorgrond tientallen mannen die staan te vissen op de brug.
Ik steek de Bosporus over voor een foto van onze boot met het moderne gedeelte van Istanbul en de oude toren. Wanneer ik de Galataport opnieuw bereik, valt het me op hoe nagelnieuw en uitgebreid deze zone is die volledig werd opgebouwd ter ondersteuning van het cruisetoerisme. Ondergronds is er toegang tot verschillende terminals, tot buslijnen, taxi’s enzovoort. Op het gelijkvloers werd een winkelcentrum gebouwd met horeca langs de waterlijn. Vanop deze terrasjes en aan boord van de aangemeerde MSC Synfonia heb je zicht op het oude Istanbul en de minaretten van de Aya Sofia en de Blauwe Moskee. Dat hebben die Constantinopelitanen goed bekeken.



Ondertussen baadt ons terrasje in de zon. Ik bestel daarom een Ultimate Bloody Mary en neem hem mee naar onze zeteltjes. Terwijl de zon geleidelijk onder gaat, springen de lichten en terrasverwarmers aan op de terrasjes onder ons balkon.



Wij dineren zoals steeds à la carte aan boord. Om ervoor te zorgen dat iedere passagier à la carte kan eten, wordt er gewerkt met verschillende tijdsblokken. Je krijgt bij het begin van de cruisetrip een tafeltje toegewezen in het tijdsblok van je voorkeur.
Belinda had vooraf doorgegeven dat we in het tweede tijdsblok wilden eten, ervan uitgaande dat er net zoals vorig jaar op de Seaside drie tijdsblokken zouden zijn. Omdat de Synfonia een kleiner schip is, zijn er hier echter maar twee en zo komt het dat we in de late shift terecht zijn gekomen.
Twee dagen geleden kregen we van de opper maître van de boot een kaartje in onze kajuit dat hij voor ons alsnog een tafeltje in de eerste shift had kunnen regelen, zodat we vanaf dan op een christelijker uur dan half 10 zouden kunnen eten.
Wanneer we iets voor 19 uur in het restaurant arriveren, is ons gedeelte van de zaal nog helemaal leeg. Waarschijnlijk zitten onze medereizigers nog ergens op een terrasje in de stad. Er zijn maar twee stoelen bezet … en dat zijn de onze. Omdat we de mensen de voorbije twee dagen niet eerder hadden gezien tijdens de eerste service, vraagt Belinda het koppel of ze zeker zijn dat ze daar moeten zitten. De man is niet zinnens om veel woorden te gebruiken en steekt zijn pasje de lucht in waarop de eerste service en ons tafelnummer staat.
Een dubbele boeking dus. Na wat getelefoneer met mensen die hoger in de hiërarchische restaurantladder staan, wijst de zaalverantwoordelijke ons een ander tafeltje toe. De tafel waar gisteren nog een maffe Italiaanse met haar mannelijke schoothondje zat. Ze presteerde het om na één hap gerechten terug te sturen en nieuwe schotels te bestellen, terwijl ze met haar vork zat te prutsen in het bord van haar overbuur.
Onze nieuwe garçons komen zich aan ons voorstellen en zijn duidelijk blij dat ze van de vervelende Italiaanse wervelwind af zijn. Ze schenken onze wijnglazen mooi vol, zoals wij dat kennen van de Hal Central.





Na het uitgebreide diner trekken we opnieuw naar het theater. Het programma belooft een mix tussen barok en rock. Bij aanvang komen de artiesten langs het gangpad naar beneden richting het podium. Elk van hen lijkt weggelopen uit de film Amadeus. We mogen ons opnieuw verwachten aan een straffe show met prachtige kostuums en straffe acts.
En opnieuw is de leadzangeres de ster van de avond. De voorbije dagen heeft ze indruk gemaakt met haar stembereik en présence. Omdat ze vanavond heel wat duetten zingt met de Italiaanse leadzanger moet ze uit een ander vaatje tappen. Zijn bereik is een stuk beperkter, dus moet ze EHBO-gewijs geregeld depanneren in de hoge noten en de uithalen in nummers van Queen en Michael Jackson.
Aan haar blik tijdens de applausronde te zien, voelt ze zich niet helemaal ok in deze ondersteunende rol. En terecht. Iemand met de vocale capaciteiten van een Whitney Houston moet de ster van de avond zijn.
Het overwegend Italiaanse publiek zal zich ongetwijfeld minder storen aan het beperkte bereik van de spaghettizanger en de manier waarop hij Engelstalige nummers fonetisch zingt. Iets wat Italianen wel meer hebben. Gisteren hoorden we in de Manhattan bar nog “Eat the road, Jack” van Ray Charles en “I’m Izzy” van The Commodores.
(26 maart 2025)
Plaats een reactie