Zomerhoedtijd, mijn gedacht

Terwijl we lunchen, zien we door een patrijspoort van het Il Galeone-restaurant het fort van Kerkyra voorbij glijden. De citadel werd in de zestiende eeuw door de Venetianen gebouwd om de handelshaven te beschermen. Kerkyra is de hoofdstad van het Griekse eiland Corfu en ligt aan de oostkust van het eiland.

De MSC Synfonia maakt een bocht van 180 graden en parkeert zich netjes tegen de gloednieuwe pier van Kerkyra. Heel attent van onze kapitein, nu hebben we vanop ons terras een weids zicht op de stad en de haven.

Het is ondertussen iets over 13 uur en de zon brandt fel. Ik besluit voor de eerste keer tijdens deze cruisetrip mijn zomerhoedje boven te halen. Op de andere dagen waren de laaghangende wolken een te groot obstakel voor de prille lentezon om te doorpriemen en kon ik zonder bescherming op ontdekkingstocht trekken. Dat gaat me vanmiddag niet lukken al zegt Buienalarm wel dat we het niet droog zullen houden tot we opnieuw afvaren.

Van de Turkse animo en zenuwachtigheid in Istanbul is er op de pier van Kerkyra geen sprake. Ik zie zelfs niemand van de havenautoriteiten toekomen. Het MSC-personeel besluit niet te wachten en begint de havenpier in te richten. Twee loopplanken worden klaar gelegd en de vouwtenten worden open geschoven. Zoals steeds wordt dansbare, opzwepende muziek opgezet om instant energetische vibes te injecteren.

Wanneer de ene na de andere tourbus de pier komt opgereden en zich netjes naast de vorige plaatst, zien we de eerste passagiers van boord gaan. Het signaal dat we ons kunnen beginnen klaarmaken.

Vanop de pier nemen we een shuttlebus tot aan het begin van de haven. Van daaruit wandelen we naar het centrum. Een bezoek aan oude stad is te voet goed te doen vanaf de haven, al moet je wel eerst door weinig inspirerende buurten hoogtemeters maken.

Zodra we de uitgestorven markt van Kerkyra gepasseerd zijn waar vissers ‘s ochtends hun verse vangst van de hand komen doen, bereiken we het oude stadsgedeelte.

Dat werd UNESCO-werelderfgoed verklaard. En, inderdaad, het is een aantrekkelijk centrum met antieke bouwwerken uit de middeleeuwse tijd, maar vooral met veel terrasjes, tientallen ijskraampjes en kleine winkeltjes met replica van iconen en de typische Griekse ogen die je beschermen tegen onheil.

Omdat het toeristische seizoen nog niet echt is begonnen, is het nog relatief rustig in de kleine, smalle steegjes. De toegang tot de nieuwe burcht is zelfs nog gesloten tot zondag, ‘omwille van het winterseizoen’.

Er staat een beetje wind en dat is maar goed ook, want zonder wind is het bakken geblazen op een van de laatste dagen van de Griekse winter. Zeker op de Esplanade, het centrale plein van Corfu stad, dat geplaveid ligt met lichte stenen. De bomen zitten nog in de laatste fase van hun winterslaap en bieden nog niet veel bescherming.

Een bezoekje aan de citadel zit er om dezelfde reden niet in, al levert de omgeving van het oude fort wel mooie foto’s op. We wandelen via de weg langs de haven terug naar de boot. Onze hoop om daar ergens nog een terrasje tegen te komen om een wijntje te slurpen met zicht op de boot stoppen we al gauw weg. De terugweg van de oude stad naar de boot is al even mistroostig als de heenweg.

Boven en vooral achter de boot trekt een onheilspellende donkerblauwe wolkenformatie de gordijnen dicht. Van de bergen aan de andere kant van de baai is niets meer te zien.

De regen dreigt met bakken uit de lucht te vallen, toch halen we de boot zonder noemenswaardige drup regen. Die Griekse geluksogen hoef je dus niet te kopen, ze werken blijkbaar ook als je er voldoende tegenkomt op een dag.

Terwijl we in de Manhattan Bar genieten van de laatste cocktails van deze reis zien we minder fortuinlijke medereizigers binnenkomen als natte honden.

Het geluk van de Griekse ogen is ook voor ons maar van korte duur, wanneer een gepensioneerde Italiaan met zijn gsm op vol volume een aflevering van zijn favoriete soap begint te streamen. Het Nederlandse koppel dat onmiddellijk naast hem zit, houdt het nog geen 5 minuten uit. En ook ik krijg er stilaan genoeg van. Koop dan oortjes en val niet een halve bar lastig met dat luide gekakel, wil ik de Italiaan toeroepen.

Even plan ik een tegenoffensief. Ik zoek alvast de intro van FC De Kampioenen op mijn gsm en zet het volume op volle tuub, maar voor ik op play druk bedenk ik me gelukkig. Stel je voor dat er ineens een Niels, of nog erger, een Conner op mijn schouder tikt, terwijl hij een flauwe woordspeling uit zijn mouw schudt en me aanspreekt met ‘Awel, kameraad, ook fan van de tofste voetbalploeg van ons land?’

Soms moet een mens het lot niet tarten, mijn gedacht.

(vrijdag 28 maart 2025)

Plaats een reactie

Blog op WordPress.com.

Omhoog ↑